top of page

Is een hondenfokkerij in een huurhuis toegelaten?

 

Een gehuurde woning heeft doorgaans alleen als bestemming 'wonen'. Wanneer u als huurder dan een commerciele hondenfokkerij begint handelt u in strijd met uw huurcontract. Dit gebrek kan de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigen. Zeker als er ook nog sprake is van overlast voor de buurt vanwege de hondenfokkerij. Het Hof in Den Bosch oordeelde op 5 november 2015 streng over een dergelijke situatie:

"Bij de beoordeling van vordering a) in reconventie van [geïntimeerde 1] c.s. stelt het hof met betrekking tot de bestemming van het gehuurde het volgende voorop. Artikel 7:214 BW bepaalt dat de huurder slechts bevoegd is tot het gebruik van de zaak dat is overeengekomen, en, zo daaromtrent niets is overeengekomen, tot het gebruik waartoe de zaak naar zijn aard bestemd is. In dit geval gaat het om de huur van een woning op basis van een mondelinge huurovereenkomst. Gesteld noch gebleken is dat daarbij enige andere bestemming is overeengekomen dan de voor de hand liggende bestemming van woonruimte. Een dergelijke bestemming verzet zich in het algemeen niet tegen de aanwezigheid van enkele huisdieren, maar wel tegen de aanwezigheid van een hondenfokkerij. Dat is in dit geval niet anders. Tegen de hiermee verband houdende bewijsopdracht in het tussenvonnis van 16 mei 2013 hebben [appellant] c.s. geen grieven gericht, zodat deze het hof vooralsnog tot uitgangspunt strekt. Het gaat bij deze bewijsopdracht, gelet op de context ervan, niet om de vraag of sprake is van een hondenfokkerij die op deskundige of economisch verantwoorde wijze wordt geëxploiteerd, maar om de vraag of sprake is van een hondenfokkerij die zich niet verdraagt met de bestemming van woonruimte. Het komt erop neer of en in welke mate de grens van het houden van enkele huisdieren is overschreden.

4.7

Naar het oordeel van het hof is in dit geval die grens overschreden en wel zodanig dat dit de conclusie rechtvaardigt dat [appellant] c.s. zich niet als goed huurder hebben gedragen. Deze tekortkoming levert ingevolge artikel 6:265 lid 1 BW grond op voor ontbinding van de huurovereenkomst, terwijl geen sprake is van een tekortkoming die gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt.

Uit de getuigenverklaringen die in eerste aanleg zijn afgelegd, blijkt dat zich in en bij de woning een groot aantal honden en hondjes bevond en dat de jonge hondjes voor de verkoop bestemd waren. Dierenarts [dierenarts] heeft als getuige verklaard dat hij van januari 2010 tot februari/maart 2013 iedere vier weken op het bedrijf van [geïntimeerde 1] kwam en op het terrein bij de woning van [appellant] c.s. tussen de acht en vijftien hondjes van verschillende leeftijd zag en dat dit beeld altijd wel hetzelfde was. Ook de getuigen [elektricien] , elektricien, [installateur] , installateur, [dochter geïntimeerde 2] , dochter van [geïntimeerde 2] , [echtgenote geïntimeerde 2] , echtgenote van [geïntimeerde 2] , en [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] zelf verklaren over de aanwezigheid van een groot aantal honden en hondjes en over de verkoop ervan. De getuigenverklaringen van [appellant] en [appellante] , die van minder honden en het uitoefenen van een hobby gewag maken, wegen hier niet tegenop. De grenzen van een met de woonbestemming van het gehuurde verenigbare hobby zijn ruimschoots overschreden."

 

Overigens zijn sommige zakelijke activiteiten thuis wel toegelaten, bijvoorbeeld als het enkel gaat over het ontvangen van zakelijke post en e-mail, blijkens de Kantonrechter te Utrecht. Als u op het logo van de Rechtspraak klikt kunt u de uitspraak vinden van de rechter. 

Bron: Prg. 2015-25/26-309

bottom of page